Aanneming van werk: uitsluiten gevolgschade in algemene voorwaarden
ECLI:NL:RBNHO:2024:2079
In deze zaak gaat het over een geschil tussen eiser en Eurokozijn. Eiser en Eurokozijn hebben een aannemingsovereenkomst gesloten waarbij Eurokozijn nieuwe kozijnen en gevelbekleding heeft geplaatst bij de woning van eiser. Eurokozijn is tekortgeschoten in de nakoming van de overeenkomst door gebreken te vertonen, zoals een verkeerde schuifrichting van de schuifpui, beschadigd glas en opgebolde rabatdelen. Eiser heeft Eurokozijn verzocht om de gebreken te herstellen, maar Eurokozijn heeft nagelaten dit te doen. Eurokozijn heeft aangevoerd dat eiser het herstel van de gebreken heeft verhinderd, maar dit is door eiser betwist en niet aangetoond door Eurokozijn. Als gevolg van het verzuim van Eurokozijn om de gebreken te herstellen, heeft eiser vervangende schadevergoeding gevorderd voor de kosten van herstel door een derde partij.
De rechtsregel die uit deze zaak kan worden afgeleid, is dat wanneer een aannemer tekortschiet in de nakoming van een overeenkomst door gebreken te vertonen in het geleverde werk en vervolgens nalatig is in het herstellen van deze gebreken, de opdrachtgever gerechtigd is om zijn betalingsverplichting op te schorten. Daarnaast dient een beding in algemene voorwaarden dat de aansprakelijkheid voor gevolgschade uitsluit, te worden getoetst op redelijkheid en kan dit beding als onredelijk bezwarend worden beschouwd en vernietigd worden. Als gevolg hiervan kan de aannemer verplicht worden om niet alleen de directe herstelkosten te vergoeden, maar ook de gevolgschade die voortvloeituit de tekortkomingen in het geleverde werk.
Het oordeel van de kantonrechter in de zaak tussen eiser en Eurokozijn is dat Eurokozijn is tekortgeschoten in de nakoming van de aannemingsovereenkomst door gebreken te vertonen in het geleverde werk, zoals een verkeerde schuifrichting van de schuifpui, beschadigd glas en loslatende rabatdelen. Omdat Eurokozijn naliet deze gebreken te herstellen, is zij veroordeeld tot het betalen van vervangende schadevergoeding aan eiser voor de kosten van herstel door een derde partij.
Eiser was gerechtigd zijn betalingsverplichting op te schorten vanwege de tekortkomingen van Eurokozijn, en Eurokozijn kon niet aantonen dat eiser het herstel van de gebreken heeft verhinderd.
Het beding in de algemene voorwaarden van Eurokozijn dat de aansprakelijkheid voor gevolgschade uitsluit, is door de kantonrechter als onredelijk bezwarend beschouwd en vernietigd, waardoor Eurokozijn ook de gevolgschade aan eiser dient te vergoeden. De kantonrechter heeft de vorderingen van eiser grotendeels toegewezen, inclusief de kosten van het expertiserapport en de herstelkosten, en Eurokozijn is veroordeeld tot betaling van deze bedragen aan eiser.