Correcte huurprijs?
In een vonnis dat op 2 februari 2024 door de Rechtbank Rotterdam werd uitgesproken ging het om een geschil tussen de verhuurder (eiser) en de huurder (gedaagde). Het geschil draaide om de huurprijs van een woning in Rotterdam. Eiser verhuurde een bovenwoning aan meerdere huurders op basis van een contract. Na een inspectie van het pand werd het aangemerkt als woningvorming. De rechter oordeelde daarom ook dat de huurprijs moest worden vastgesteld. De huurovereenkomst werd uiteindelijk door de rechtbank niet vernietigd wegens oneerlijke handelspraktijken. Enkele overwegingen uit het vonnis.
- De rechtbank heeft in eerste instantie gekeken naar de bevoegdheid van de huurcommissie om de huurprijs te beoordelen. Aangezien er een termijn gekoppeld was aan het mogen beoordelen van de huurprijs en deze nog niet was verstreken neemt de rechtbank de beoordeling niet mee. Doordat de termijn van zes maanden nog niet was verstreken gaat art 7:249 BW dus niet meer op.
- De huurcommissie heeft aan de hand van artikel 12 Uitvoeringswet huurprijzenwoonruimte beoordeeld of er gebreken waren. De gebreken die de huurcommissie heeft vastgesteld hadden nauwelijks tot geen invloed op het huurgenot dus heeft de rechter besloten dat er geen sprake was van gebreken.
-De splitsing van de woonruimte zondervergunning werd niet als oneerlijke handelspraktijken beschouwd. Aangezien het ontbreken van de vergunning geen invloed heeft gehad op het sluiten van de huurovereenkomst en de behoeftes van de gedaagde. De rechter vindt op basis van art 6:193 lid 3 niet dat de huurovereenkomst moet worden vernietigd.
-De rechter heeft geconstateerd dat de huurprijs die gedaagde heeft betaald te hoog is. De rechter stelt dan ook een lager bedrag voor de huur vast. Hierbij komt kijken dat de eiser de te veel betaalde huur moet terugbetalen
Deze zaak benadrukt het belang van correcte huurprijsvaststelling en de beoordeling van oneerlijke handelspraktijken in huurzaken. Het toont aan dat de rechter kritisch kijkt naar de omstandigheden en de rechten van zowel huurder als verhuurder beschermt binnen het kader van het huurrecht
ECLI:NL:RBROT:2024:1232